fbpx

Het nadeel van ouder zijn is dat je meestal ook ouder bent. Dat maakt het, ondanks dat we zelf vaak denken dat het wel meevalt, des te moeilijker om je goed te verplaatsen in de belevingswereld van je puber nu. Als je nu een ouder bent van een puber, dan betekent het dat je minimaal zo’n 30 jaar oud bent. Dat betekent dat jij bent opgegroeid met een pleintje of speeltuintje (en later de kroeg of discotheek) waar je ging hangen om te kijken of er wat te doen was. Als je wilde voetballen haalde je iemand op of ging je op een grasveldje op je bal zitten wachten totdat er een ander leeftijdsgenootje kwam die met je mee wilde doen. Er was nog geen internet of mobieltje, dus dit was je enige manier om contact te maken. Wij moesten wel buiten zijn en waren dat dus ook veelvuldig.

Niet gek dus dat wij het heel lastig vinden dat onze kinderen, naar onze mening, veel te weinig buiten spelen en veel te veel tijd doorbrengen voor een beeldscherm.

In sommige gevallen zal dit ook zeker het geval zijn, maar het meest lastige is om dit te bekijken in het licht van vandaag. Je kunt je kroost naar buiten sturen, maar met wie gaat hij of zij spelen dan? Leeftijdsgenootjes hangen ook niet meer op de pleintjes en komen echt alleen naar buiten als er een concrete en ook nog enigszins aantrekkelijke afspraak is.

Zij hangen op de mobiel om te kijken of er wat te doen valt…

 

Toch biedt dat mobieltje ook veel goede kanten. Je kunt nu veel makkelijker contact leggen. Ook met anderen waar wij vroeger onhandig in de buurt probeerden te komen zodat we wellicht een keer stotterend en met een rood hoofd ‘hoi’ konden zeggen. Nu kan je gewoon ergens op een post reageren en je communicatie ‘skills’ uitproberen. Uiteraard met wisselend succes want je bent nog wel steeds onervaren. Maar geen zorgen want de volgende gelegenheid dient zich toch al snel weer aan en één mislukte poging is niet gelijk per definitie de laatste mogelijkheid.

Je kunt je zelfvertrouwen een boost geven, want je weet dat op elke geplaatste foto al je vrienden en vriendinnen reageren en deze zullen likenen je schat, babeen knapperd zullen noemen. In ruil daarvoor doe jij het net zo hard weer terug.

Voor de echt onzekere onder hen is het zelfs mogelijk om in een spel een alter ego aan te nemen en dat personage allerlei dingen te laten doen die je in het echte leven niet durft. Zo bleek onlangs, na zijn overlijden, een gehandicapte Scandinavische jongen, waarvan zijn ouders dachten dat hij volledig geïsoleerd was en alleen maar gamede, honderden vrienden te hebben waarmee hij, weliswaar online, diepgaande gesprekken en discussies voerde. In die (online)wereld had hij geen beperking.

 

Let wel, ik ben hier nu niet de pleitbezorger van oneindig gebruik van de mobiele telefoon. Ik wil alleen het gebruik wel in de juiste tijdsgeest plaatsen. Ooit vonden onze ouders en hun ouders voor hen eerder ook van alles over de opkomst van de televisie, de radio, de spelcomputer en zelfs het stripboek. De mobiel van vandaag is veel meer dan een scherm, het bevat de complete communicatie en belevingswereld van de jeugd, maar inmiddels ook van veel volwassenen.

Ook ik vind dat het hier en daar best wat minder kan. Vooral omdat ze echt ook andere vaardigheden moeten ontwikkelen en ontdekken in de “echte” wereld en face-to-face communicatie. Maar daar geldt weer hetzelfde als in veel gevallen. Ga het gesprek aan. Praat erover met je kids en dan op een moment dat er juist even geen ergernis of irritatie is. Wees open en geïnteresseerd, stel vragen. Maak afspraken over waar en wanneer wel of juist niet en hoelang of hoeveel. Lukt het niet om tot goede gezamenlijke afspraken te komen en wordt het echt te veel? Stel dan regels maar bedenk vooraf welke consequenties daar dan aan vast zitten. Afnemen van het mobieltje is geen consequentie waar ik in reguliere gevallen voor ben. Je isoleert daarmee je puber. Zelfs in het strafrecht is de isolatie (denk aan de isoleercel) wel zo’n beetje de uiterste maatregel die iemand opgelegd kan worden.Maar wat dan wel? Voor veel ouders blijft dat lastig. Toch hoeft dat niet. Onze kids kennen tegenwoordig heel veel, bijna vanzelfsprekende, ‘privileges’. Denk hierbij aan even halen-brengen, wat je allemaal (vanzelfsprekend) voor ze betaalt of wat ze verwachten dat je doet omdat je het altijd al doet. Een (tijdelijke) beperking van één van deze privileges kan een prima consequentie zijn.

Oh, en als je dan tot regels of afspraken komt. Hou je er dan zelf ook aan.

Kids doen niet wat je zegt. Ze doen wat je doet!

Deze column is in verkorte versie geplaatst in de Mijn Geheim special 09/03

× App ons!